9.33.9. De rijrichting van de parkeerbediening veranderen.

Als er een obstakel (zoals een paal) of een plek onder grondniveau (zoals een greppel of een klif) in de rijrichting aanwezig is, druk dan op het rempedaal om de auto te stoppen.

Gebruik de schakelhendel om de rijrichting te veranderen en om de parkeerbediening te hervatten.

Parkeerbediening kan niet worden hervat als het systeem bepaalt dat het niet mogelijk is om de parkeerplaats te bereiken wegens een obstakel dat gedetecteerd is door de parkeersensoren (sonar) of de camera’s.

(Voorbeeld) In aanwezigheid van een geparkeerd voertuig