Nissan ARIYA 2024 Gebruikershandleiding
9.18.5. ProPILOT Assist bedienen

Druk op de ProPILOT Assist-schakelaar (A). Hierdoor wordt het ProPILOT Assist-systeem ingeschakeld.
Het ProPILOT Assist-statusindicatielampje (B) gaat wit branden.
Accelereer of rem uw auto af tot de gewenste snelheid en druk de SET- schakelaar (C) omlaag.
Het ProPILOT Assist-systeem zal beginnen de ingestelde voertuigsnelheid automatisch aan te houden. Het indicatielampje ProPILOT Assist-activering (D) en het ProPILOT Assist-statusindicatielampje (B) gaan blauw branden. Wanneer een voertuig voor u wordt gedetecteerd dat met een snelheid van 30 km/u (20 MPH) of lager rijdt en de CANCEL-schakelaar naar de SET- richting wordt gedrukt, is de ingestelde snelheid van het voertuig 30 km/u (20 MPH).

Wanneer het Emergency Lane Assist-systeem (ELA) en het Intelligent Emergency Braking-systeem met voetgangersdetectie zijn uitgeschakeld in het instellingenmenu, zullen deze systemen automatisch worden ingeschakeld wanneer het stuurhulpsysteem actief is. Zie voor meer informatie
, en .
Wanneer de CANCEL- schakelaar onder de volgende omstandigheden omlaag naar SET- wordt gedrukt, kan het ProPILOT Assist-systeem niet worden ingesteld en gaat het indicatielampje ingestelde voertuigsnelheid (1) gedurende ongeveer 2 seconden knipperen:
Wanneer wordt gereden met een snelheid onder de 30 km/u (20 MPH) en de voorligger niet wordt gedetecteerd
Wanneer de schakelhendel uit de D- (rijden) of B-stand wordt gehaald.
Wanneer de parkeerrem wordt geactiveerd
Wanneer de bestuurder de remmen bedient
Wanneer ProPILOT Park (indien aanwezig) wordt geactiveerd
Wanneer het ESP-systeem uit staat. Zie voor meer informatie
.Wanneer de modus [SNOW] wordt geselecteerd (modellen met 4WD).
Wanneer het ESP-systeem (inclusief het tractiecontrolesysteem) wordt geactiveerd
Wanneer een wiel slipt
Wanneer een portier open staat
Wanneer de veiligheidsgordel van de bestuurder niet is vastgemaakt