Nissan ARIYA 2024 Gebruikershandleiding

8.9. Verwarming en airconditioning

image
  • De koelfunctie van de airconditioning werkt alleen wanneer de startknop in de ON-stand staat of wanneer het controlelampje KLAAR om te rijden brandt.

  • Laat kinderen en hulpbehoevende volwassenen nooit alleen in de auto achter. Laat ook geen huisdieren onbewaakt achter. Zij kunnen per ongeluk schakelaars of bedieningen activeren en zo anderen of zichzelf ernstig letsel toebrengen. Bij warm en zonnig weer kan de temperatuur in een afgesloten voertuig al snel zo hoog oplopen dat mensen of huisdieren ernstig of zelfs dodelijk letsel kunnen oplopen.

  • Gebruik de recirculatiemodus niet gedurende langere tijd. De lucht in het interieur kan dan muf worden en de ramen kunnen beslaan.

  • Gebruik de bediening voor de verwarming en airconditioning niet terwijl u rijdt, zodat uw aandacht niet wordt afgeleid van het verkeer.

image
  • Luchtjes van binnen en buiten het voertuig kunnen zich ophopen in de airconditionereenheid. Deze luchtjes kunnen vervolgens het interieur binnendringen via de ventilatieroosters.

  • Gebruik tijdens het parkeren de bedieningen van verwarming en airconditioning om de luchtrecirculatiemodus uit te zetten zodat er frisse lucht het interieur binnenstroomt. Op deze manier vermindert u eventuele luchtjes in het voertuig.

De verwarming en airconditioning werkt wanneer het controlelampje KLAAR om te rijden brandt. Echter, tijdens het opladen kan de verwarming en airconditioning worden gebruikt wanneer de startknop in de ON-stand staat.

De aanjager, verwarming en airconditioning kunnen automatisch ingeschakeld worden via de timerfunctie.

Deze functies werken in de volgende gevallen.

Startknopstand

OFF

Auto ACC

ON

KLAAR om te rijden

Aanjager

-

-

X

X

Verwarming en airconditioning

-

-

X

X

Timer (Klimaatreg. Timer)

X

X

-

-

  • X:Beschikbaar
image
  • Direct na het in- of uitschakelen van het verwarmings- en airconditioningsysteem kan een reeks werkingsgeluiden worden gehoord. Dit duidt niet op een storing.

  • Bij ingeschakeld verwarmings- en airconditioningsysteem vindt condensvorming plaats in het systeem en het daaruit voortvloeiende condenswater wordt veilig afgevoerd onder het voertuig. Het is dus normaal als u plasjes water terugvindt onder het voertuig.

  • De compressor en de koelventilator treden mogelijk plotseling in werking tijdens het opladen. Dit duidt niet op een storing.

Hoofdonderwerp: