9.33.2. ProPILOT Park-scherm

Pictogram parkeermethodekeuze:

Geeft de parkeermethode aan die op dat moment geselecteerd is. Tik hierop om de parkeermethode te wijzigen. Raadpleeg

[Starten]/[Hervat]:

Tik op deze toets om de ProPILOT Park-bediening te starten.

[Voltooien]/[Annuleren]:

Tik op deze toets om ProPILOT Park uit te schakelen.

Pictogram parkeerplaatsdetectie:

Toont aan welke zijde een parkeerplaats is gevonden bij het zoeken naar een parkeerplaats.

: Parkeerplaats gedetecteerd aan de rechterzijde.

: Parkeerplaats gedetecteerd aan de linkerzijde.

Richtlijnen van de vrije ruimte (rood):

Geven bij benadering het gebied aan waar de auto doorheen zal rijden wanneer de parkeerbediening actief is.

Pictogram aanpassen parkeergeleidingsvak ( ):

Tik op deze toets om de positie van het parkeergeleidingsvak aan te passen. Raadpleeg

Parkeergeleidingsvak (groen):

Geeft bij benadering de positie aan waar de auto geparkeerd zal worden. Het vak wordt blauw wanneer parkeerbediening actief is.

(P) teken (blauw):

Geeft de positie aan waar de auto geparkeerd zal worden.

(P) teken (zonder kleur):

Geeft een selecteerbare parkeerpositie aan naast de geselecteerde parkeerpositie. Als erop getikt wordt, wordt het pictogram blauw.

Instellingenpictogram ( ):

Tik op dit pictogram om de instellingen voor ProPILOT Park te wijzigen.

Pictogram ProPILOT Park-bediening ( ):

De status van de ProPILOT Park-bediening wordt door middel van kleuren aangegeven.

Groen: De parkeerbediening is actief.

Grijs: De parkeerbediening is niet actief.

Richtlijnen voor parkeerplaatszoekgebied (lichtblauw):

Geeft aan dat het systeem op het moment zoekt naar een parkeerplaats. Lijnen worden ook gebruikt als aanduiding van de voertuigpositie tijdens het zoeken naar een parkeerplaats. Raadpleeg

Rechthoek met positie voor richtingswijziging (groen):

Geeft de positie aan waarop de schakelstand veranderd moet worden.