Nissan Juke 2023 Gebruikershandleiding
8.2.1. Automatische eCall
Als de airbagregeleenheid een frontale botsing, zijdelingse botsing of een aanrijding van achteren (indien aanwezig) detecteert, stuurt het systeem automatisch een noodoproep naar de alarmcentrale. Tegelijkertijd wordt voertuiginformatie doorgegeven. Zodra de noodoproep door de alarmcentrale wordt ontvangen, zal de operator proberen een inzittende van de auto aan de lijn te krijgen.
Tijdens de noodoproep kan het volume van de stem van de operator niet aangepast worden.
Tijdens de noodoproep zal het geluid van het audiosysteem gedempt worden.
Het eCall-systeem is standaard altijd ingeschakeld. In geval van een ernstig ongeval wordt het automatisch geactiveerd door middel van de sensoren in het voertuig.
Het eCall-systeem is niet traceerbaar en kan onder normale bedrijfsomstandigheden niet constant gevolgd worden. Voordat de eCall wordt geactiveerd zijn de gegevens in het interne geheugen van het systeem niet beschikbaar voor derden buiten het boordsysteem.
De verwerking van uw persoonsgegevens via het op 112 gebaseerde eCall-boordsysteem moet voldoen aan de regels inzake de bescherming van persoonsgegevens zoals voorgeschreven in Richtlijnen 95/46/EG en 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad, en in het bijzonder moet zijn gebaseerd op de noodzaak de vitale belangen van de betrokkenen te beschermen overeenkomstig artikel 7(d) van Richtlijn 95/46/EG.
De verwerking van deze gegevens is strikt beperkt tot het doel van afhandeling van de eCall-noodoproepen naar het universele Europese alarmnummer 112.
De ontvangers van de gegevens die verwerkt worden door het op 112 gebaseerde eCall-boordsysteem zijn de relevante alarmcentrales en noodhulpdiensten aangewezen door de desbetreffende bevoegde autoriteiten van het land waar ze gevestigd zijn, die als eerste eCalls naar het universele Europese alarmnummer 112 ontvangen en behandelen.
De volgende informatie zal in geval van een ongeluk door het noodoproepsysteem van de auto naar de alarmcentrale worden verzonden:
Voertuigidentificatienummer (VIN)
Type voertuig
Type brandstof
Type activering (automatisch/handmatig)
Type oproep (test/noodgeval)
Positie (vertrouwd/laag vertrouwen)
Tijdstempel (tijdstip van de botsing of het ongeval)
Laatste drie voertuiglocaties en rijrichting
Voertuigsnelheid
(indien aanwezig) Aantal passagiers
Het op 112 gebaseerde eCall-boordsysteem is zodanig ontworpen dat gegevens in het interne geheugen van het systeem automatisch en voortdurend worden verwijderd.
Gegevens over de voertuiglocatie worden constant overschreven in het interne geheugen van het systeem, zodat slechts de laatste drie bijgewerkte voertuiglocaties bewaard worden die nodig zijn voor een normale werking van het systeem.
Het logboek met activiteitsgegevens in het op 112 gebaseerde eCall-boordsysteem wordt niet langer bewaard dan nodig is ten behoeve van het verwerken van de eCall-noodoproepen en in ieder geval niet langer dan 13 uur vanaf het moment waarop een eCall-noodoproep is gestart.
De automatische noodoproep zal alleen worden geactiveerd als het airbagsysteem van de auto tijdens de botsing is opgeblazen.
Als een automatische noodoproep geactiveerd is geweest, breng uw auto dan naar een NISSAN-dealer of een erkend garagebedrijf. Dit is nodig omdat het automatische noodoproepsysteem gereset dient te worden om te voorkomen dat onnodige eCall-oproepen verstuurd worden.
De mobiele netwerkprovider die de verbinding vanaf de auto tot de alarmcentrale beheert, wordt buiten het noodoproepsysteem van de auto aangewezen en gecontroleerd.
Tijdens de eerste minuut van een noodoproep zal de operator vaststellen of de oproep echt is. Mocht de centralist van mening zijn dat de oproep niet echt is, dan zal de oproep onderbroken worden en zullen er geen pogingen meer ondernomen worden om de auto terug te bellen. Deze actie zal niet verhinderen dat de inzittende(n) van de auto handmatig een nieuwe noodoproep kunnen doen.
De noodoproepfunctie kan niet worden gebruikt onder de volgende omstandigheden:
De auto bevindt zich buiten het gebied waar de service van het mobiele netwerk ontvangen kan worden.
De auto bevindt zich op een locatie met slechte signaalontvangst, zoals een tunnel, een ondergrondse parkeergarage, tussen gebouwen of in een bergachtig gebied.
De TCU (Telematics Control Unit) of andere systemen in uw auto werken niet goed.
De mobiele netwerkprovider die beschikbaar is op de locatie van het voertuig is niet aangewezen voor het ontvangen van noodoproepen.
De communicatielijn van de alarmcentrale is bezet.