Nissan Juke 2023 Gebruikershandleiding

4.3.2.7. [Voertuiginstellingen]

Gebruik de image of image schakelaars en de <OK>-knop om de status of waarschuwingen te wijzigen, of om systemen/waarschuwingen weergegeven in het menu [Voertuiginstellingen] aan of uit te zetten. De volgende menuopties (indien aanwezig), elk met hun eigen submenu's, zijn beschikbaar:

  • [Verlichting]

  • [Richtingaanwijzers]

  • [Vergrendeling]

  • [Ruitenwissers]

  • [Buitenspiegels]

[Verlichting]

Het menu [Verlichting] biedt de volgende opties:

  • [Welkomstverlicht.]:

    De welkomstverlichting kan worden ingesteld op AAN of UIT. Via het menu [Verlichting], selecteer [Welkomstverlicht.]. Gebruik de <OK>-knop om deze functie AAN of UIT te zetten. Wanneer ingesteld op AAN, blijven de voor- en achterlichten na het ontgrendelen nog 30 seconden branden. Ook na het vergrendelen blijven ze nog 10 seconden branden.

    De voor- en achterlichten kunnen opnieuw 10 seconden gaan branden wanneer de Intelligent Key buiten het ingestelde detectiegebied wordt gebracht (ongeveer 3 m (10 ft)) of na 2 minuten als de Intelligent Key niet wordt verplaatst binnen het ingestelde detectiegebied.

  • [Autom interieurlamp]:

    De binnenverlichting kan worden ingesteld op AAN of UIT. Via het menu [Verlichting], selecteer [Autom interieurlamp]. Gebruik de <OK>-knop om deze functie AAN of UIT te zetten.

  • [Accentverlichting] (indien aanwezig)

    De accentverlichting kan worden gedimd of worden versterkt. Via het menu [Verlichting], selecteer [Accentverlichting]. Gebruik de <OK> knop en de image of image schakelaars om de helderheid aan te passen.

  • [Vertraging licht uit] (indien aanwezig):

    Deze optie kan worden gebruikt voor het instellen van de duur van de timer voor uitschakelen [Welkomstverlicht.].

[Richtingaanwijzers]

De inhaalfunctie [3 keer] kan worden ingesteld op AAN of UIT. Via het menu [Voertuiginstellingen], selecteer [3 keer knipperen] om de inhaalfunctie [3 keer] AAN te zetten. Selecteer [1 keer] om de functie uit te zetten.

[Vergrendeling]

Er zijn een aantal opties (indien aanwezig) in het menu [Vergrendeling]:

  • [Schakelaar deurslot] (indien aanwezig)

    Wanneer dit item is ingeschakeld, wordt de verzoekschakelaar op het portier geactiveerd. Via het menu [Vergrendeling], selecteer [Schakelaar deurslot]. Gebruik de <OK>-knop om deze functie aan of uit te zetten.

  • [Anti-hijack inst.]

    Wanneer deze optie is ingeschakeld en de schakelaar op de portierhandgreep van het bestuurdersportier of voorpassagiersportier wordt ingedrukt, zal alleen dit portier ontgrendeld worden. Alle portieren kunnen vervolgens ontgrendeld worden door de verzoekschakelaar op de portierhandgreep binnen 1 minuut nogmaals in te drukken. Wanneer dit item is uitgezet, zullen alle portieren ontgrendeld worden wanneer de verzoekschakelaar op de portierhandgreep eenmaal wordt ingedrukt. Via het menu [Vergrendeling], selecteer [Anti-hijack inst.]. Gebruik de <OK>-knop om deze functie aan of uit te zetten.

    • Wanneer de schakelhendel in de P-stand (parkeren) wordt gezet (alleen modellen met automatische (DCT) transmissie)

    • Op het moment staat de motor uit.

  • [Vergr bij uitstappen]

    Hiermee kan de gebruiker de vergrendelfunctie bij uitstappen AAN of UIT zetten. Zie

    .
  • [Ontgr bij instappen]

    Hiermee kan de gebruiker de ontgrendelfunctie bij instappen AAN of UIT zetten. Zie

    .

[Ruitenwissers]

  • [Snelheidsafhankelijk] (indien aanwezig)

    De ruitenwisser met in te snellen snelheid kan worden ingesteld op AAN of UIT. Via het menu [Ruitenwissers], selecteer [Snelheidsafhankelijk]. Gebruik de <OK>-knop om deze functie AAN of UIT te zetten.

  • [Regensensor] (indien aanwezig)

    De functie regensensor kan worden in- of uitgeschakeld. Via het menu [Ruitenwissers], selecteer [Regensensor]. Gebruik de <OK>-knop om deze functie AAN of UIT te zetten.

  • [Achterwiskoppeling] (indien aanwezig)

    De wisserfunctie bij achteruitrijden kan AAN of UIT worden gezet. Via het menu [Ruitenwissers], selecteer [Auto achter wis.]. Gebruik de <OK>-knop om deze functie AAN of UIT te zetten. Indien ingesteld op AAN, zal de ruitenwisser van de achterruit in werking treden als de ruitenwissers van de voorruit worden ingeschakeld en de schakelhendel in de R-stand (achteruit) staat.

  • [Wisser herhaling] (indien aanwezig)

    De functie Wisser herhaling kan worden ingesteld op AAN of UIT. Via het menu [Ruitenwissers], selecteer [Wisser herhaling]. Gebruik de <OK>-knop om deze functie AAN of UIT te zetten. Indien ingesteld op AAN, zal de ruitenwisser eenmaal in werking treden ongeveer 3 seconden nadat de sproeier is gebruikt. Hierdoor wordt sproeiervloeistof die op de voorruit is gedruppeld weggewist.

[Buitenspiegels]

Er zijn drie opties (indien aanwezig) in het menu [Buitenspiegels]:

  • [Autom. inklap. uit] (indien aanwezig)

    Wanneer dit item is ingeschakeld, wordt de functie voor automatisch inklappen van de buitenspiegels uitgeschakeld. Gebruik de <OK>-knop om deze functie te selecteren.

  • [Uitklappen bij start.] (indien aanwezig)

    Wanneer dit item is ingeschakeld, worden de buitenspiegels automatisch ingeklapt bij het uitzetten van de motor en uitgeklapt bij het starten. Gebruik de <OK>-knop om deze functie te selecteren.

  • [Uitklap. bij ontgr.] (indien aanwezig)

    Wanneer dit item op AAN is gezet, klappen de buitenspiegels automatisch in wanneer de portieren vergrendeld worden, en uit wanneer de portieren ontgrendeld worden. Gebruik de <OK>-knop om deze functie te selecteren.

Hoofdonderwerp: