Nissan X-Trail 2023 Gebruikershandleiding

7.22.9.6. Beperkingen van de stuurhulp

image
  • In de volgende situaties detecteert de camera de rijstrookmarkeringen mogelijk niet correct, of detecteert ze op onjuiste wijze en werkt de stuurhulp mogelijk niet goed:

    • Wanneer u rijdt op wegen met meerdere parallelle rijstrookmarkeringen, rijstrookmarkeringen die vervaagd of niet duidelijk geverfd zijn; afwijkende rijstrookmarkeringen; of wegmarkeringen die bedekt zijn met water, vuil, sneeuw, enz.

    • Wanneer u op wegen rijdt waarvan de rijstrookmarkeringen zijn opgeheven

    • Wanneer u op wegen rijdt waarvan de rijstrook breder of smaller wordt

    • Wanneer u op wegen met meerdere rijstroken rijdt, of op wegen met onduidelijke rijstroken wegens wegwerkzaamheden

    • Wanneer u rijdt op wegen met scherp contrasterende objecten, zoals schaduwen, sneeuw, water, wielsporen, naden of lijnen die zijn achtergebleven na wegwerkzaamheden (de stuurhulp kan deze elementen detecteren als rijstrookmarkeringen)

    • Wanneer u rijdt op wegen waar rijstroken samengevoegd of gesplitst worden

  • Gebruik de stuurhulp niet onder de volgende omstandigheden, omdat het systeem de rijstrookmarkeringen wellicht niet goed kan detecteren. U kunt anders de controle over de auto verliezen en een ongeval veroorzaken.

    • Tijdens slecht weer (regen, mist, sneeuw, stof, enz.)

    • Wanneer regen, sneeuw, zand, enz., wordt opgeworpen door de wielen van andere voertuigen

    • Wanneer vuil, olie, ijs, sneeuw, water, of andere zaken aan de camera-eenheid hechten

    • Wanneer de lens van de camera-eenheid wazig is

    • Wanneer sterk licht (bijvoorbeeld, zonlicht of het grootlicht van tegemoetkomend verkeer) op de camera schijnt

    • Wanneer de koplampen niet helder zijn door vuil op de lens, of wanneer de koplampen uitgeschakeld zijn in tunnels of als het donker is

    • Wanneer zich plotseling een verandering in lichtsterkte voordoet (bijvoorbeeld, wanneer de auto een tunnel in- of uitrijdt, of onder een brug doorrijdt)

    • Wanneer u rijdt op wegen waar de rijstroken samengevoegd of gesplitst worden, of op wegen met tijdelijke rijstrookmarkeringen wegens wegwerkzaamheden

    • Wanneer een rijstrook afgesloten is wegens wegwerkzaamheden

    • Wanneer u rijdt op een hobbelig wegdek, zoals een oneffen zandweg

    • Wanneer u rijdt op wegen met scherpe bochten of op kronkelige wegen

    • Wanneer u rijdt op alsmaar dalende en stijgende wegen

  • Gebruik de stuurhulp niet onder de volgende omstandigheden, omdat het systeem niet goed zal werken:

    • Wanneer u met een band rijdt die niet aan de normale voorwaarden voldoet (bijvoorbeeld, overmatige slijtage, abnormale bandenspanning, reservewiel geïnstalleerd, sneeuwkettingen aangebracht, niet-standaard wielen)

    • Wanneer de auto is uitgerust met niet-originele rem- of ophangingsonderdelen

    • Wanneer een voorwerp zoals een sticker of bagage de camera belemmert

    • Wanneer de achterbank of bagageruimte van uw auto is volgeladen met zeer zware bagage

    • Wanneer het draagvermogen van de auto wordt overschreden

    • Wanneer een aanhangwagen of een ander voertuig gesleept wordt

  • Overmatig lawaai kan het geluid van het waarschuwingssignaal overstemmen, waardoor de pieptoon mogelijk niet gehoord wordt.

  • Opdat het ProPILOT Assist-systeem naar behoren kan werken, moet de voorruit voor de camera schoon zijn. Vervang versleten wisserbladen. U moet wisserbladen met de juiste afmetingen gebruiken, om er zeker van te zijn dat de voorruit schoon blijft. Gebruik alleen originele NISSAN-wisserbladen, of een kwalitatief gelijkwaardig product, speciaal ontworpen om te worden gebruikt met uw voertuigmodel en modeljaar. Het verdient aanbeveling om langs te gaan bij uw NISSAN-dealer of een erkend garagebedrijf voor de juiste onderdelen voor uw auto.

Hoofdonderwerp: