Nissan X-Trail 2023 Gebruikershandleiding
6.4.6. Beperkingen van het achteruitrijmonitorsysteem
Hieronder worden de systeembeperkingen van de achteruitrijmonitor genoemd. Nalaten om de auto te bedienen in overeenstemming met deze systeembeperkingen kan leiden tot ernstig letsel of de dood.
Het systeem kan dode hoeken niet helemaal zichtbaar maken en toont wellicht niet elk voorwerp.
Objecten beneden de bumper en bij beide bumperhoeken kunt u op de achteruitrijmonitor niet zien, omdat het weergavebereik beperkt is. Het systeem is niet in staat om kleine objecten onder de bumper te tonen en toont mogelijk ook geen objecten die zich vlakbij de bumper bevinden of op de grond liggen.
De afstand tussen objecten op de achteruitrijmonitor komt niet overeen met de werkelijke afstand, omdat een groothoeklens wordt gebruikt.
Objecten die op de achteruitrijmonitor worden getoond verschijnen tegenovergesteld ten opzichte van het beeld dat gezien wordt in de achteruitkijkspiegel en buitenspiegels.
Gebruik de weergegeven lijnen als richtlijnen. Deze lijnen hangen in hoge mate af van het aantal inzittenden, brandstofniveau, huidige voertuigpositie, conditie en helling van het wegdek.
Controleer of de achterklep stevig is afgesloten voordat u achteruitrijdt.
Bedek de achteruitrijcamera niet. De achteruitrijcamera is gemonteerd boven de kentekenplaat.
Wanneer u de auto wast met een hogedrukreiniger, spuit dan niet rond de camera. Water zou de camera kunnen binnendringen en condensvorming op de lens, storingen, brand of elektrische schokken kunnen veroorzaken.
Stoot niet tegen de camera. Het is een precisie-instrument. U zou anders storing of schade kunnen veroorzaken met brand of een elektrische schok tot gevolg.
De volgende zijn beperkingen van het systeem en vormen daarom geen storing:
Bij zeer hoge of lage temperaturen komen de beelden op het scherm mogelijk niet duidelijk over.
Wanneer een sterke lichtbron rechtstreeks in de camera schijnt, zullen objecten mogelijk niet duidelijk weergegeven worden.
U kunt soms verticale lijnen waarnemen in de beelden op het scherm. Deze worden veroorzaakt door een sterke weerkaatsing van licht op de bumper.
Het scherm kan in de nabijheid van neonverlichting soms flikkeren.
De kleuren van objecten op de achteruitrijmonitor kunnen enigszins verschillen van de werkelijke kleuren.
Beelden op de monitor zijn mogelijk niet scherp in een donkere omgeving.
Er kan een kleine vertraging zijn wanneer u overschakelt tussen weergaven.
Als er vuil, regen of sneeuw op de camera komt, zal de achteruitrijmonitor de beelden mogelijk niet duidelijk weergeven. Reinig de camera.
Gebruik geen carrosseriewas op de cameralens. Verwijder eventueel resterende was met een schone doek bevochtigd met een verdund en mild schoonmaakmiddel, en veeg dan af met een droge doek.