Nissan X-Trail 2023 Gebruikershandleiding

3.3.1. Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van veiligheidsgordels

Wanneer u uw veiligheidsgordel correct hebt afgesteld, rechtop op de stoel zit en tegen de rugleuning leunt, is de kans dat u letsel oploopt of overlijdt bij een ongeval kleiner en/of zal de ernst van letsel sterk afnemen. NISSAN drukt u en uw passagiers op het hart om de gordels iedere keer om te doen wanneer u rijdt, ook als u op uw zitplaats de bescherming geniet van een airbag.

imageimageimageimageimage
  • Veiligheidsgordels oefenen hun werking uit via het beendergestel van het lichaam en horen laag over de voorkant van het bekken, de borstkas en de schouders gedragen te worden; draag het heupgedeelte van de gordel nooit over de buik. Het verkeerd omdoen van de gordels kan ernstig letsel veroorzaken.

  • Draag de heupgordel zo laag en strak mogelijk over uw heupen, niet om uw middel. Als het heupgedeelte van een veiligheidsgordel te hoog wordt gedragen, is er bij een ongeval meer kans op inwendig letsel.

  • Sta niet toe dat meerdere personen gebruik maken van dezelfde gordel. Elke gordel mag slechts gebruikt worden door een enkele inzittende; het is gevaarlijk om een passagier samen met een kind op schoot één gordel om te doen.

  • Vervoer nooit meer personen in het voertuig dan het aantal beschikbare veiligheidsgordels.

  • Draag de veiligheidsgordels nooit binnenstebuiten. Zorg dat de gordel niet los of verdraaid zit. Dit kan nadelig zijn voor de beschermende werking.

  • Doe veiligheidsgordels zo strak mogelijk doch comfortabel om, zodat ze de bescherming bieden waarvoor ze ontworpen zijn. Een slappe veiligheidsgordel biedt de drager slechts weinig bescherming.

  • De bestuurder en alle inzittenden moeten tijdens het rijden altijd hun veiligheidsgordel om hebben. Kinderen moeten op de juiste wijze worden vastgegespt op de achterbank en zo nodig gebruikmaken van een kinderzitje.

  • Laat de veiligheidsgordel niet achter uw rug of onder uw arm doorlopen. Draag de schoudergordel altijd over de schouder en diagonaal over de borstkas. De gordelband mag niet langs uw gezicht en nek lopen, maar ook niet van uw schouder vallen. Het verkeerd omdoen van de gordels kan ernstig letsel veroorzaken.

  • Gordels mogen niet zodanig door de gebruiker worden aangepast dat de werking van de oprolautomaten wordt belemmerd of de veiligheidsgordels op andere wijze niet worden aangespannen.

  • Voorkom dat de gordelband wordt aangetast door polijstmiddelen, oliën, chemicaliën en in het bijzonder door accuzuur. Het reinigen kan veilig worden uitgevoerd met zachte zeep en water. De gordel moet worden vervangen als de band aangetast, gerafeld of beschadigd is.

  • Alle veiligheidsgordelsystemen, inclusief de oprolautomaten en bevestigingsonderdelen dienen na een aanrijding te worden geïnspecteerd door een NISSAN-dealer of erkend garagebedrijf. NISSAN adviseert alle tijdens de aanrijding gedragen gordels te vervangen, tenzij het ging om een lichte aanrijding en de gordels geen schade vertonen en goed functioneren. Veiligheidsgordels die tijdens de botsing niet werden gedragen, moeten eveneens worden geïnspecteerd en eventueel worden vervangen als ze schade vertonen of niet goed werken.

  • Het is van groot belang de veiligheidsgordel in zijn geheel te vervangen als deze is gedragen tijdens een ernstige aanrijding, ook al is er geen zichtbare schade aan de veiligheidsgordels.

  • Veiligheidsgordels met gordelspanner kunnen na activering niet opnieuw worden gebruikt. Ze moeten, samen met de oprolautomaat, als compleet systeem worden vervangen. Informeer bij uw NISSAN-dealer of een erkend garagebedrijf.

  • Het verwijderen en installeren van onderdelen van het gordelspannersysteem dient te worden uitgevoerd door een NISSAN-dealer of erkend garagebedrijf.

Hoofdonderwerp: