Nissan X-Trail 2023 Gebruikershandleiding

7.21.2.1. De volgafstandregeling gebruiken

De volgafstandregeling is ontworpen om de ingestelde volgafstand te handhaven en de rijsnelheid te matigen in overeenstemming met de snelheid van de langzamer rijdende voorligger; het systeem zal indien nodig afremmen. Het ICC-systeem kan echter maximaal beschikken over 40% van het totale remvermogen van uw auto. Dit systeem dient alleen gebruikt te worden wanneer de verkeersomstandigheden het toelaten om een redelijk constante of slechts geleidelijk veranderende rijsnelheid aan te houden. Als een voertuig vóór u in de rijstrook invoegt, of als een voorligger plotseling afremt, kan de afstand tussen de voertuigen mogelijk kleiner worden omdat het ICC-systeem de auto niet snel genoeg kan afremmen. In dat geval laat het ICC-systeem een waarschuwingssignaal klinken en knippert het display van het systeem om de bestuurder aan te sporen de nodige actie te ondernemen.

Het systeem wordt uitgeschakeld en een geluidssignaal waarschuwt u wanneer de rijsnelheid daalt tot onder ongeveer 25 km/u (15 MPH) en er geen voorligger wordt gedetecteerd.

De volgende elementen worden geregeld in de volgafstandregeling:

  • Als er geen voorliggers zijn, handhaaft de volgafstandregeling de door de bestuurder ingestelde rijsnelheid. Het bereik van de ingestelde snelheid is als volgt.

    • tussen 30 en 180 km/u (20 en 112 MPH)

  • Wanneer er een voertuig voor u rijdt past de volgafstandregeling de snelheid aan zodat de door u geselecteerde volgafstand gehandhaafd blijft. Het aanpasbare snelheidsbereik ligt tussen ongeveer 30 km/u (20 MPH) en de ingestelde snelheid.

  • Wanneer het voorliggende voertuig van rijstrook is veranderd, zal de volgafstandregeling gas geven en de rijsnelheid handhaven tot aan de ingestelde snelheid.

Het ICC-systeem regelt de rijsnelheid niet en waarschuwt u niet wanneer u stilstaande of langzaam rijdende voertuigen nadert. U moet op de bediening van de auto letten om de juiste volgafstand tot voertuigen vóór u aan te houden wanneer u tolpoorten of verkeersopstoppingen nadert.

image

Wanneer u op de snelweg rijdt op de ingestelde rijsnelheid en een langzamer rijdend voertuig nadert, zal het ICC-systeem de rijsnelheid aanpassen om de door de bestuurder geselecteerde afstand tot het voorliggende voertuig te behouden. Als de voorligger van rijstrook verandert of de snelweg verlaat, voert het ICC-systeem uw rijsnelheid op tot de ingestelde rijsnelheid. Besteed uw aandacht aan het rijden om de controle over de auto te behouden tijdens het accelereren naar de ingestelde snelheid.

De auto houdt de ingestelde snelheid mogelijk niet aan op bochtige of heuvelachtige wegen. Als dit gebeurt, moet u zelf de rijsnelheid aanpassen.

Normaal gesproken wanneer de afstand tot de voorligger geregeld wordt, zal het systeem automatisch accelereren of afremmen overeenkomstig de snelheid van het voorliggende voertuig. Trap het gaspedaal in wanneer dit nodig is om van rijstrook te veranderen. Trap het rempedaal in wanneer dit nodig is om de juiste volgafstand aan te houden tot de voorligger als deze plotseling afremt, of wanneer een ander voertuig invoegt. Blijf altijd alert tijdens het gebruik van het ICC-systeem.

Hoofdonderwerp: