Nissan X-Trail 2023 Gebruikershandleiding
7.22.8.5. Speed Limit Link - een functie van ProPILOT Assist met Navi-link (indien aanwezig)
Hieronder worden de systeembeperkingen van de Speed Limit Link vermeld. Nalaten om de auto te bedienen in overeenstemming met deze systeembeperkingen kan leiden tot ernstig letsel of de dood:
Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om de juiste snelheid te selecteren, de verkeersregels in acht te nemen en rekening te houden met de overige weggebruikers.
De Speed Limit Link werkt mogelijk niet goed en de werkelijke snelheidslimiet wordt mogelijk niet toegepast op de ingestelde voertuigsnelheid onder alle omstandigheden. De bestuurder dient handmatig de voertuigsnelheid te regelen.
Hieronder volgen enkele voorbeelden:
Wanneer de Traffic Sign Recognition (TSR) niet goed werkt of uitgeschakeld is. (Zie
.)Wanneer gereden wordt in landen of gebieden die niet worden gedekt door het navigatiesysteem.
Wanneer landsgrenzen overschreden worden.
Wanneer gereden wordt op een afrit van een snelweg met beperkte toegang, zoals vermeld in de navigatiekaartgegevens.
Wanneer er gereden wordt in een gebied met parallelwegen in de nabijheid (bijvoorbeeld, een snelweg met een ventweg).
Wanneer er gereden wordt in een gebied waar elke rijstrook een ander snelheidslimietbord heeft.
Wanneer er gereden wordt op een weg in aanleg of in een gebied met wegwerkzaamheden.
Wanneer de gegevens van het navigatiesysteem niet bijgewerkt of niet beschikbaar zijn.
Wanneer ProPILOT Assist met Navi-Link actief is en een wijziging van de snelheidslimiet gedetecteerd wordt, wordt de nieuwe snelheidslimiet aangegeven en kan deze handmatig of automatisch worden toegepast op de ingestelde voertuigsnelheid.
De Speed Limit Link treedt in werking:
Wanneer de gedetecteerde snelheidslimiet 30 km/u (20 MPH) en hoger bedraagt.
De [Snelh.lim.koplng] wordt ingeschakeld in het instellingenmenu van het voertuiginformatiedisplay.
Wanneer het gaspedaal wordt bediend terwijl de AUTO-modus geselecteerd is, zal de Speed Limit Link alleen in werking treden (automatisch de ingestelde voertuigsnelheid aanpassen) wanneer de gedetecteerde snelheidslimiet hoger is dan de ingestelde voertuigsnelheid.
In de volgende situaties zal de Speed Limit Link niet in werking treden:
Wanneer een verhoging van de aangegeven snelheidslimiet wordt gedetecteerd maar de ingestelde voertuigsnelheid reeds hoger is dan de nieuwe snelheidslimiet.
Wanneer een verlaging van de aangegeven snelheidslimiet wordt gedetecteerd maar de ingestelde voertuigsnelheid reeds lager is dan de nieuwe snelheidslimiet.
Voor Duitsland (Geen snelheidslimietinstelling):
Wanneer u de motor inschakelt en vervolgens een snelweg oprijdt zonder snelheidslimiet, zal het systeem aanvankelijk de snelheid regelen op 130 km/u (81 MPH). Hierna zal de snelheid toegepast worden die als laatste door de bestuurder is opgeslagen op een snelweg zonder snelheidslimiet.
Deze functie werkt alleen in Duitsland.
Systeemweergave en -indicatielampjes
Indicatielampje gedetecteerde snelheidslimiet
Linkerzijde:
Toont de gedetecteerde naderende of verwachte snelheidslimiet. Deze snelheidslimiet zal alleen worden aangegeven wanneer een nieuwe snelheidslimiet (lagere snelheidswaarde) wordt gedetecteerd in de handmatige modus.
Rechterzijde:
Toont de op het moment gedetecteerde snelheidslimiet. Zie voor meer informatie
.Indicatielampje toegepaste snelheidslimiet (groene rand)
Geeft aan dat de gedetecteerde snelheidslimiet kan worden toegepast op de ingestelde voertuigsnelheid.
Indicatielampje Speed Limit Link
Geeft de activeringsmodus of de werking van het systeem aan.
“
” : De handmatige modus wordt geactiveerd en een nieuwe snelheidslimiet (hogere snelheidswaarde) wordt aangegeven.“
” : De handmatige modus wordt geactiveerd en een nieuwe snelheidslimiet (lagere snelheidswaarde) wordt aangegeven.“A” : De automatische modus wordt geactiveerd.
Het systeem bedienen
Wanneer het systeem een andere snelheidslimiet detecteert, wordt de nieuwe snelheidswaarde aangegeven. De ingestelde voertuigsnelheid kan automatisch of handmatig worden aangepast aan de aangegeven snelheidslimiet.
Wanneer de Handmatige modus wordt geselecteerd in het instellingenmenu (fabrieksinstelling):
Om de nieuw aangegeven snelheidslimiet te accepteren, bedien de <RES+>-schakelaar (bij hogere snelheidslimiet) of <SET->-schakelaar (bij lagere snelheidslimiet).
Het indicatielampje Speed Limit Link (
of ) gaat na ongeveer 15 seconden uit als de <RES+>- of <SET->-schakelaar niet wordt bediend. (Het indicatielampje Speed Limit Link kan direct worden uitgezet door de schakelaar te bedienen die tegengesteld is aan de richting die wordt aangegeven door het indicatielampje Speed Limit Link.)
Het systeem zal niet worden geactiveerd als er geen wijziging in de snelheidslimiet wordt gedetecteerd.
Wanneer de Automatische modus wordt geselecteerd in het instellingenmenu:
De aangegeven snelheidslimiet wordt automatisch toegepast op de ingestelde voertuigsnelheid wanneer men zich op een snelweg met beperkte toegang bevindt, zoals vermeld in de navigatiekaartgegevens. Als bovendien het ProPILOT Assist-systeem met Navi-Link AAN staat maar niet ingesteld (actief) is en een nieuwe snelheidslimiet wordt gedetecteerd, wordt de ingestelde voertuigsnelheid automatisch bijgewerkt.
De automatische modus is mogelijk niet beschikbaar in sommige regio’s of op andere wegen dan snelwegen met beperkte toegang. In dit geval werkt het systeem als in de Handmatige modus.
Het systeem activeren of deactiveren
Druk op de
knop op het stuurwiel totdat [Instellingen] op het voertuiginformatiedisplay wordt weergegeven en druk op de bladerknop.Gebruik de bladerknop om [Rij-assistentie] te selecteren. Druk dan op de bladerknop.
Selecteer [Snelh.lim.koplng] en druk op de bladerknop om [Automatisch] of [Verzoek] te selecteren om het systeem aan te zetten (niet activeren).
Selecteer [OFF] om het systeem uit te schakelen.
Het systeem behoudt de huidige instellingen op het voertuiginformatiedisplay ook al wordt de motor opnieuw gestart.
Afwijking Speed Limit Link selecteren
Het is mogelijk om in te stellen of de snelheidslimiet exact moet worden geaccepteerd, of met een tolerantie van -10 km/u (-5 MPH) tot +10 km/u (+5 MPH).
Druk op de
knop op het stuurwiel totdat [Instellingen] op het voertuiginformatiedisplay wordt weergegeven en druk op de bladerknop.Gebruik de bladerknop om [Rij-assistentie] te selecteren. Druk dan op de bladerknop.
Selecteer [Afwijk.snelh.kop.] en druk op de bladerknop om de tolerantiewaarde te selecteren. (Selecteer [OFF] om de functie uit te schakelen.)
De functie behoudt de huidige instellingen op het voertuiginformatiedisplay ook al wordt de motor opnieuw gestart.