Nissan X-Trail 2023 Gebruikershandleiding

7.22.8.6. CRUISE Navi Link - een functie van ProPILOT Assist met Navi-link (indien aanwezig)

image

Hieronder worden de systeembeperkingen van de CRUISE Navi-Link vermeld. Nalaten om de auto te bedienen in overeenstemming met deze systeembeperkingen kan leiden tot ernstig letsel of de dood:

  • Er zijn beperkingen aan de mogelijkheden van het CRUISE Navi-Link-systeem. Het systeem werkt niet onder alle rij-, verkeers-, weers-, en wegomstandigheden. De bestuurder blijft te allen tijde verantwoordelijk om alert te zijn, veilig te rijden en de controle over de auto te behouden.

  • Het CRUISE Navi-Link-systeem remt de auto niet af tot stilstand. Waar nodig dient de bestuurder op gepaste wijze te remmen.

  • Het is de verantwoordelijkheid van de bestuurder om de juiste snelheid te selecteren, de verkeersregels in acht te nemen en rekening te houden met de overige weggebruikers.

  • De beschikbaarheid van het CRUISE Navi-Link-systeem hangt af van het land. In sommige landen, bijvoorbeeld, IJsland, Malta, Cyprus, is deze functie niet beschikbaar. De kwaliteit van de kaartgegevens voldoet niet aan de systeemvereisten. Als het systeem op basis van GPS-informatie signaleert dat de auto zich in een van deze landen bevindt, verbiedt het systeem activering van het CRUISE Navi-Link-systeem.

  • CRUISE Navi-Link werkt mogelijk niet correct onder bepaalde weg- en verkeersomstandigheden, het systeem kan mogelijk onverwachts de snelheid wijzigen. De bestuurder dient handmatig de voertuigsnelheid te regelen.

    Hieronder volgen enkele voorbeelden:

    • Wanneer gereden wordt in landen of gebieden die niet worden gedekt door het navigatiesysteem.

    • Wanneer de gegevens van het navigatiesysteem niet bijgewerkt of niet beschikbaar zijn.

    • Wanneer niet op de route wordt gereden die is voorgesteld door het navigatiesysteem.

    • Wanneer het navigatiesysteem de route opnieuw berekent.

    • Wanneer gereden wordt in landen of gebieden die niet worden gedekt door het navigatiesysteem.

    • Wanneer er gereden wordt op een weg in aanleg of een nieuw aangelegde weg.

    • Wanneer er gereden wordt in de buurt van een wegsplitsing of verkeersknooppunt.

    • Wanneer er gereden wordt bij slecht weer of onder slechte wegomstandigheden.

Wanneer ProPILOT Assist met Navi-Link actief is op een snelweg met beperkte toegang (zoals vastgesteld in de navigatiekaartgegevens), maakt CRUISE Navi-Link gebruik van weginformatie geleverd door het navigatiesysteem en kan de voertuigsnelheid aanpassen op basis van bochten, kruisingen en afslagen.

CRUISE-Navi-Link maakt gebruik van weginformatie geleverd door het navigatiesysteem en kan de voertuigsnelheid aanpassen op basis van rotondes (zoals vastgesteld in de navigatiekaartgegevens).

Het systeem vermindert wellicht niet altijd de snelheid bij alle bochten, kruisingen, rotondes of afslagen en de bestuurder moet mogelijk op bepaalde momenten extra afremmen.

Wanneer de auto de bocht, rotonde of kruising achter zich heeft gelaten, zal de auto weer accelereren tot de ingestelde snelheid. Bij het verlaten van een snelweg met beperkte toegang, zal de bestuurder extra moeten afremmen aan het einde van de afrit.

image
  • Het systeem werkt niet wanneer het gaspedaal wordt ingedrukt.

  • Het systeem werkt mogelijk niet afhankelijk van de ingestelde volgafstand tot de voorligger en de gedetecteerde voorliggers.

Systeemweergave en -indicatielampjes

image
  1. Indicatielampje weginformatie

    Verschijnt wanneer het systeem de snelheid aanpast op basis van bochten of afslagen.

image

Bochten en kruisingen

image

Afritten

image

Rotondes

Het systeem activeren of deactiveren

  1. Druk op de image image knop op het stuurwiel totdat [Instellingen] op het voertuiginformatiedisplay wordt weergegeven en druk op de bladerknop.

  2. Gebruik de bladerknop om [Rij-assistentie] te selecteren. Druk dan op de bladerknop.

  3. Selecteer [CRUISE-Navi-koppeling] en druk op de bladerknop om het systeem in of uit te schakelen.

image

Het systeem behoudt de huidige instellingen op het voertuiginformatiedisplay ook al wordt de motor opnieuw gestart.

Hoofdonderwerp: